![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
|
![]() |
Laatst bijgewerkt: 11-Mrt-2015 | ||||
opmerkelijke vondstenDeze bijdrage gaat over een fossiele armpotige (Brachiopode): Terebratula grandis. |
|||||
![]() |
Een doublet van Terebratula grandis uit de Westerschelde;Afzettingen WTKG 24, 2003 (3), 49 |
![]() |
|||
![]() |
Uit de Westerschelde, van dezelfde verzamelaar als die van de eerder geopenbaarde Hinnites, hebben we een heel erg aardig fossiel gekregen, namelijk een doublet van Terebratula grandis. De exacte naam van deze veel voorkomende soort is mij niet duidelijk, maar Dave Harper (Kopenhagen) suggereerde dat het om Apletosia maxima (Charlesworth) zou moeten gaan. |
||||
Terebratula grandis. Leg. Albert Hoekman, 2002. Grootste lengte 65 cm. |
|||||
Het stuk is begroeid met recente zeepokken. De steelklep is enigszins beschadigd. De twee kleppen zijn aaneengekit door grijs tot grijsgroene fijnkorrelige zandsteen. Als de Put van Terneuzen de herkomst is van dit exemplaar, dan gaat het waarschijnlijk om een Laat Miocene of Vroeg Pliocene vondst (Wesselingh & van Nieulande, deze aflevering). Het exemplaar doet me erg denken aan de doubletten die we in de Naturalis collectie hebben van de zanden van Deurne (Laat Mioceen) uit de omgeving van Antwerpen. Echter, het wat grijzige karakter van de zandsteenopvulling zou erop kunnen wijzen dat dit exemplaar van Pliocene ouderdom is, daar vrijwel alle fossielhoudende Mioceen afzettingen in de omgeving van Zeeland een donkergrijze tot groenzwarte kleur hebben. |